menu

Een “autonome” EU, VS-vazal of toch soevereine natiestaten? FVD stelt vragen over geopolitiek

Een “autonome” EU, VS-vazal of toch soevereine natiestaten? FVD stelt vragen over geopolitiek

Het was een opmerkelijke uitspraak van de Franse president Emmanuel Macron vorige week, dat Europa geen “volgeling van Amerika” moet worden. De Fransen zijn hun glorieuze imperiale verleden nooit vergeten, hun leidende positie op het Europese continent. Ze hebben nooit afstand gedaan van hun gevoel van grootsheid of nagelaten hun eigen belangen na te streven, zelfs binnen de steeds hechter wordende EU.

Dus toen Macron na zijn bezoek aan China verklaarde dat Europa zijn afhankelijkheid van de Verenigde Staten moet beperken, een eigen “strategische autonomie” moet nastreven en zich niet moet laten meeslepen in "crises die niet de onze zijn", was het gemakkelijk deze grote woorden te verwarren met Frans nationalisme; een poging om de positie van Frankrijk binnen de EU te versterken.

Geen geopolitieke actor

Toch is dat een misleidende conclusie. Want het feit dat Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, Macron vergezelde op zijn reis, spreekt boekdelen. Het laat zien dat Macron de geopolitieke rol van Frankrijk juist niet los kan zien van de EU. Macron ziet de EU als een geopolitieke actor, niet Frankrijk.

Maar ook de droom van EU-bureaucraten dat een steeds hechtere unie de positie van een mondiale supermacht zal innemen, strookt niet met de werkelijkheid. Allereerst hebben lidstaten – naast een ontbrekende gemeenschappelijke taal – geen gelijke (geo)politieke belangen. Met haar focus op de zelfvernietigende klimaattransitie zal de EU bovendien nooit kunnen concurreren met de BRICS-landen.

EU als Amerikaans product

Maar het belangrijkste is, dat de EU een product is van het Amerikaanse monopolie en dus per definitie een “volgeling van Amerika” zal zijn. John Laughland, directeur van FVD International, zei er al het volgende over:

Hoe dan ook hebben Macrons uitspraken voor beroering gezorgd. Zijn woorden werden herhaald door Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad, die bevestigde dat Frankrijk niet de enige EU-lidstaat is met zorgen over de relatie tussen de EU en de Verenigde Staten. Het roept de vraag op wat de positie van Nederland is in deze nieuwe dialoog over Atlanticisme, Europese autonomie en soevereiniteit van natiestaten. FVD-Kamerleden Simone Kerseboom en Pepijn van Houwelingen stellen daarom Kamervragen aan de Minister van Buitenlandse Zaken.

De Kamervragen van de leden Kerseboom en Van Houwelingen leest u hieronder.

Vragen van de leden Kerseboom en Van Houwelingen aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de houding van Nederland wat betreft Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten

  1. Bent u bekend met het artikel Charles Michel: Europe warming up to Macron’s ‘strategic autonomy’ push away from US d.d. 11 april jl.?1
  2. Kunt u een definitie geven van het begrip ‘strategische autonomie’? Indien u geen definitie kunt geven, hoe zou u het begrip ‘strategische autonomie’ dan willen omschrijven? 
  3. Wat is, volgens u, het verschil tussen de begrippen ‘soevereiniteit’ en ‘strategische autonomie’? 
  4. Kan een land niet soeverein zijn, maar toch voldoende strategisch autonoom, en vice versa? Indien dit het geval is, kunt u van beide gevallen een voorbeeld geven?
  5. Wanneer heeft een land in uw ogen onvoldoende strategische autonomie? Kunt u daar enkele concrete voorbeelden van geven?
  6. Hoe strategisch autonoom is Nederland in uw ogen? Kunt u uw antwoord toelichten?
  7. Kan een vergroting van de Nederlandse strategische autonomie ten koste gaan van de Europese strategische autonomie, en vice versa? Kunt u uw antwoord toelichten?
  8. Wat houdt Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten in uw ogen in? Kunt u uw antwoord toelichten?
  9. Wat is uw standpunt ten aanzien van Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten? Kunt u in uw antwoord ingaan op de balans tussen de verschillende economische en geopolitieke belangen van Nederland, de Europese Unie en de Verenigde Staten?
  10. Hoe verhoudt dit standpunt zich tot de uitspraak van premier Rutte tijdens zijn bezoek aan de Atlantic Council d.d. 17 januari jl., namelijk dat "als Rusland grote delen van Europa onder controle zou kunnen krijgen, zou finlandiseren, dit onmiddellijk gevolgen zou hebben voor de collectieve veiligheid en zekerheid van de Verenigde Staten”?2 Kunt u uw antwoord toelichten?
  11. Bent u het ermee eens dat deze woorden van onze premier Europa reduceren tot een ‘bufferzone’ voor de Verenigde Staten en dat deze visie op Europa geen ruimte biedt voor strategische autonomie? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
  12. Bent u het met premier Rutte eens dat Europa essentieel is voor de veiligheid van de Verenigde Staten? Zo ja, wat betekent dit voor de (hiërarchische) relatie tussen Europa en de Verenigde Staten?
  13. Bent u van mening dat het in het belang van Nederland is om, wat betreft ons buitenlands beleid, meer autonoom te worden ten opzichte van de Verenigde Staten? Zo ja, hoe moet Nederland deze autonomie realiseren? Zo nee, bent u van mening dat de belangen van Nederland dezelfde zijn als die van de Verenigde Staten?
  14. Bent u van mening dat de internationale conflicten van de Verenigde Staten ook Nederlandse conflicten zijn? Zo ja, waarom; en hoe worden de Nederlandse belangen met deze houding gediend? Zo nee, kunt u garanderen dat er geen Nederlandse militaire steun zal worden geleverd wanneer er weer een (proxy)oorlog door de Verenigde Staten wordt gevoerd buiten het eigen grondgebied of dat van een ander NAVO-lid?
  15. Behoort Nederland tot de door Michel genoemde landen in de Europese Raad die de Verenigde Staten niet meer blind lijken te willen volgen? Kunt u uw antwoord toelichten?
  16. Hoe zou u de positie van Nederland willen vergelijken met die van Frankrijk, als het gaat om de verhouding met de Verenigde Staten en diens internationale conflicten? Onderschrijft u de in het artikel aangehaalde woorden van de Franse president Macron, namelijk dat Europa geen “volgeling van Amerika” moet worden? Kunt u uw antwoord toelichten?
  17. Heeft u contact gehad met (vertegenwoordigers van) de Amerikaanse overheid over de uitspraken van president Macron en voorzitter van de Europese Raad Charles Michel?
  18. Kunt u deze vragen afzonderlijk van elkaar, zo spoedig en zo volledig mogelijk beantwoorden?