Hoog tijd voor een Zuid-Hollandse Ketikoti | Column Hans van de Breevaart

‘Geketend voor Hollands glorie’, zo luidt de titel van het rapport dat onderzoekers van de Universiteit Leiden in opdracht van de Provincie Zuid-Holland schreven. De boodschap is duidelijk: zonder slaven was onze Gouden Eeuw ondenkbaar geweest. Ergo: wij moeten ons met zijn allen heel erg schamen voor ons eigen verleden. Zeker als we bedenken dat we met zijn allen nog even ‘racistisch’ zijn als toen.
Maar is het ook waar?
Toen ik in de jaren negentig van de vorige eeuw aan de Leidse universiteit studeerde, gold de vakgroep Geschiedenis daar als wereldwijd toonaangevend. Gewoon omdat er een vorm van wetenschap bedreven werd die nog niet gevangen zat in politieke vooroordelen.
Eén van de paradepaardjes van de vakgroep was het programma ‘Geschiedenis van de Europese Expansie’. Daarbij fungeerde ‘expansie’ nog als een term waaronder zowel de successen werden bezongen als de schaduwzijden werden benoemd.
Binnen dat onderzoeksprogramma gold professor Piet Emmer destijds internationaal als autoriteit. Met name op het gebied van slavernijgeschiedenis. Hij toonde aan dat de bijdrage van slavernij-gerelateerde activiteiten tijdens de Gouden Eeuw nooit meer dan vijf procent van de totale economie bedroeg.
Bovendien was er in Holland al heel vroeg kritiek op slavernij als iets dat mensonwaardig was. Die kritiek kreeg steeds meer draagvlak, totdat halverwege de negentiende eeuw de slavernij ook daadwerkelijk zou worden afgeschaft.
In Suriname wordt dit feit ieder jaar met wat zij Ketikoti noemen uitbundig gevierd. En terecht!
Tegelijkertijd is er een toenemend aantal mensen aan de universiteiten en in politiek en media die van mening zijn dat slavernij nooit is afgeschaft en feitelijk nog altijd ingebakken zit in de manier waarop wij omgaan met mensen die ‘niet wit’ zijn.
Enkele jaren geleden sprak ik daarover professor Emmer. Hij zag hoe de vakgroep Geschiedenis na zijn emeritaat werd ‘overgenomen’ door mensen die duidelijk wetenschap bedreven met een politieke agenda. Die agenda richt zich niet zozeer op afschaffing van de slavernij wereldwijd, maar roept een nieuwe vorm van slavernij in het leven: ‘witte’ mensen ringeloren door middel van een schuldgevoel over een verleden waarvan wij allang afstand hebben genomen.
De stelling dat wij ons nog altijd schuldig maken aan systemisch racisme valt niet hard te maken, aldus Emmer. De manier waarop wij naar sommige van onze gekleurde medeburgers kijken kan evengoed door daadwerkelijke cultuurverschillen en de daarbij behorende dagelijkse ervaringen zijn ingegeven.
En daar heeft hij een punt. Enkele jaren geleden gaf ik les op een school voor voortgezet onderwijs. Daar werd ook collectief Ketikoti gevierd, ondanks het feit dat 95 procent van de leerlingen bestond uit autochtone dan wel Marokkaanse of Turkse Nederlanders – geen mogelijke afstammelingen van slaven in ieder geval.
Bij de viering hoorde een workshop ‘bewustwording van je eigen vooroordelen’ tegenover onze gekleurde medeburgers.
In het groepje waarin ik was ingedeeld vroeg ik een jongen met Marokkaanse voorouders aan wat voor vooroordelen hij zich ‘schuldig’ maakte. Hij vertelde ons dat hij, wanneer hij naar het toilet moest, zijn telefoon wel op tafel durfde te laten liggen wanneer hij naast zijn roomblanke maatje zat. Maar – en hij wees naar een Marokkaanse ‘broer’ – bij hem zou hij dat niet durven, omdat hij dan het risico liep zijn telefoon niet meer terug te zien.
Er werd door zijn ‘broers’ in de groep heel erg hard om gelachen. Gevraagd waarom ze lachten, antwoordden ze in koor dat ze zoiets allemaal wel eens hadden meegemaakt.
Geen enkele reden dus om ons nog langer te laten ringeloren door ons slavernijverleden door een politiek die zich door zogenaamde wetenschappers gek laat maken. Hoog tijd voor een eigen Ketikoti – ook in Zuid-Holland!
Hans van de Breevaart, commissielid FVD Zuid-Holland