Schorsing oppositie-Kamerlid is aanslag op democratie
Donderdag 13 oktober werd bekend dat de zogeheten ‘Commissie Integriteit’ een klacht van de coalitie tegen FVD-partijleider Thierry Baudet gegrond acht. Het gaat om het niet invullen van allerlei ‘registers’ waarmee inzicht moet worden verschaft in de handel en wandel van Kamerleden, zoals geschenkenregisters, reizen, ontmoetingen, nevenfuncties, enzovoorts.
Het voornemen is om Baudet voor een week te ‘schorsen’ - en dus uit te sluiten van Kamerdebatten. Een nieuw dieptepunt in een al veel langer zichtbare trend waarin de rechten van de oppositie worden ingeperkt door een steeds intolerantere coalitie.
Dictatuur van de meerderheid
Zo werd Gideon van Meijeren medio vorig jaar het spreekrecht ontnomen omdat hij de coronaregels vergeleek met de uitsluiting van Joden in de jaren ‘30. En liep het voltallige kabinet twee weken terug de zaal uit toen Baudet benoemde waar minister Kaag had gestudeerd en wat de bijnaam van die universiteit is. Zo kreeg Pepijn van Houwelingen een ‘klacht’ - en vervolgens een strafrechtelijke aangifte - aan zijn broek wegens het versturen van een tweet. En mocht Simone Kerseboom geen wangkus ontvangen voor haar maidenspeech omdat dit aan de mensen thuis de indruk zou kunnen geven dat het advies om anderhalve meter afstand te houden niet serieus genomen hoefde te worden.
Democratie is een precair systeem. Vanuit de geschiedenis weten we dat mensen van nature lang niet altijd geneigd zijn tegenstemmen de ruimte te geven. Op talloze plekken in de wereld worden andersdenkenden vervolgd, verjaagd of erger. Tolerantie is niet vanzelfsprekend - en doet zelfs altijd een beetje pijn. Dat is logisch. Weerstand, tegenstand: het kan verdomd vervelend zijn.
En omdat onze grondwetgever dit wist, werd in zijn wijsheid aan Kamerleden een maximale vrijheid gegeven bij de invulling van hun ambt. Voor hun uitspraken in het parlement genieten zij immuniteit, wat zoveel betekent als: je mag alles zeggen -- óók zaken die de macht, de regering, zeer onwelgevallig zijn. Tevens kan de invulling die zij geven aan hun functie door niets of niemand worden beoordeeld of gesanctioneerd. Eveneens logisch: want een Kamerlid controleert de macht en is dus, per definitie, een doelwit van die macht.
Sterker: als het Kamerlid zijn werk goed doet, zal de macht altijd een beetje een hekel aan dat Kamerlid hebben. Dat is eigen aan het ambt van de parlementariër. We zijn niet gekozen om populair te zijn: maar om de belangen van de bevolking te beschermen, te verdedigen, tegen ál te voortvarende staatsmacht.
De enige remming op deze maximale vrijheid van het Kamerlid, de énige begrenzing van zijn autonomie, is de ‘vergaderorde’. Daarmee werd oorspronkelijk bedoeld dat je niet fysiek op de vuist moet gaan, geen stoelen door de zaal moet smijten en ook niet starnakel het spreekgestoelte mag betreden.
Door het uitrekken van dat begrip alsof het een rubber elastiek is, zien we hoe deze ‘vergaderorde’ de laatste jaren steeds meer betrekking heeft gekregen op het inhoudelijk debat. Met een voorgewend, schijnheilig beroep op bescherming van de ‘waardigheid van het parlement’, kun je in Nederland anno 2022 méér zeggen buíten de Kamer dan bínnen. Een omkering van de bedoeling van de Grondwet; en een zeer gevaarlijke stap in de richting van een meerderheidsdictatuur. Want uiteraard blijft het daar niet bij - en zal de vrijheid van debat ook buiten de Kamer spoedig verder worden ingeperkt. We zien het al gebeuren met dissidenten als Willem Engel die wegens nauwelijks geloofwaardige, halfhartige verwijten van ‘opruiing’ gevangen zijn gezet.
Met het advies om een Kamerlid uit de oppositie zelfs te gaan schorsen dreigt de Kamer nu een volgende stap te zetten in de duistere, ondemocratische richting waarin Nederland zich beweegt. Voor het eerst in de geschiedenis van onze democratie wordt een kritische stem door de coalitie beoordeeld op ‘integriteit’. Terwijl Mark Rutte en zijn ministersploeg talloze schandalen aan hun broek hebben hangen die nooit worden onderzocht of veroordeeld (zij kunnen immers - vanzelfsprekend - rekenen op de meerderheidssteun in de Kamer die dergelijke onderzoeken direct blokkeert), gebeurt het omgekeerde nu wél: een representant van de minderheid wordt door de meerderheid de mond gesnoerd.
Bredere trend in het land
Zoals reeds genoemd beperkt deze oprukkende intolerantie zich niet tot de politiek. Ook de énige omroep in het publieke bestel die een écht oppositiegeluid laat horen, Ongehoord Nederland, moet mogelijk alweer van de buis verdwijnen omdat er verboden concepten zoals ‘antiblank racisme’ werden besproken. Toen de oppositiekrant Gezond Verstand verscheen, riepen verschillende coalitiepolitici dat het beter zou zijn indien het blad niet te koop zou zijn bij kiosken. De Europese Unie verbood inmiddels alle nieuws- en opiniezenders uit Rusland. En bibliotheken, universiteiten en scholen weren boeken die niet passen in de heersende ideologie.
Het willen schorsen van een oppositie-Kamerlid is kortom een teken aan de wand. Het staat niet op zichzelf en het past in een trend. Zelfs de meest fundamentele democratische waarde - dat ieder Kamerlid principieel gelijk is aan ieder ander Kamerlid en slechts door de kiezer kan worden gecontroleerd - wordt terzijde geschoven. Sluipenderwijs wordt ons een doodenge vernauwing van toegestane opinies opgedrongen.
Forum voor Democratie zal zich altijd tegen deze trend blijven verzetten. Wij zullen ons nooit laten beoordelen - laat staan bestraffen - door andere Kamerleden. Wij leggen verantwoording af aan de kiezer. Niet aan het partijkartel.
Maar hoe zit het nou met die nevenfuncties?
Alle nevenfuncties van Thierry Baudet zijn volstrekt transparant en openbaar inzichtelijk via het register van de Kamer van Koophandel. Baudet is bestuurslid van de Stichting Ondersteuning Tweede Kamerfractie FVD, bestuurslid van de Stichting FVD International en bestuurslid van de Vereniging Forum voor Democratie. Daarnaast heeft hij een aandeel van 17% in de uitgeverij Amsterdam Media Group / Amsterdam Books en een aandeel van 100% in THPB Media BV, waarvan de jaarrekeningen keurig worden gedeponeerd bij - opnieuw - de Kamer van Koophandel en waarvan jaarlijks door een extern, gerenommeerd boekhouderskantoor belastingaangifte wordt gedaan. Hierbuiten heeft Baudet geen enkele andere betrekking. Alle donaties die aan Forum voor Democratie of haar neveninstellingen worden gedaan, komen eveneens in openbare registers en worden bovendien jaarlijks door accountants gecontroleerd en geaudit door de Auditdienst Rijk.
Er is dus op geen enkele manier onduidelijkheid.
Iedereen weet dat Baudet weleens een boek verkoopt en iedereen kan via de jaarrekening van zijn BV’s precies zien hoeveel hij daaraan verdient. Het gejeremieer over ‘intransparantie’ en ‘onduidelijkheid rondom nevenfuncties’ is dus volstrekt ongeloofwaardig. Het is gespeelde schijn. Pure stemmingmakerij.
Wat gaat er dan wél achter schuil? Waarom gebeurt dit?
Ten eerste, zoals hierboven uitgebreid betoogd, betreft het een ordinaire poging tot karaktermoord - en zelfs tot zwijgen brengen - van de oppositie. Daaraan kan nog worden toegevoegd dat deze sanctie geen enkele van de tientallen ándere Kamerleden die slordig, nalatig, of anderszins onvolledig met de ‘registers’ zijn omgegaan treft. Twee jaar geleden maakte BNN/VARA een overzicht: zeker 33 Kamerleden zouden de interne regels hebben geschonden. Waarom dan alleen sancties voor Baudet?
Ten tweede bestaat een duidelijke trend van vertrutting van het Tweede Kamerlidmaatschap. Parlementariërs worden knusjes aangeduid als ‘collega’s’ (terwijl ze ambtsgenoten zijn, een titel die hun individualiteit en onafhankelijkheid veel sterker benadrukt). Het moet vooral gezellig blijven allemaal. En het kartel wil het liefst dat deze ‘collega’s’ in de ‘registers’ nauwgezet opschrijven wat ze hebben ontvangen van derden dat meer zou hebben gekost dan € 50,-. Iedere lunch die hen wordt aangeboden. Iedere afspraak buiten de deur. Reisjes. Ontmoetingen. Natúúrlijk wil het kartel dat! Onmiskenbaar is hierin immers een glijdende schaal zichtbaar richting totale controle over de agenda van het Kamerlid en de invulling die hij of zij geeft aan zijn functie.
Echter: wie de taak heeft de macht te controleren, moet die taak in vrijheid en autonomie kunnen uitvoeren. Die moet kunnen afspreken met allerlei soorten mensen. In privacy. Die moet soms even naar het buitenland kunnen gaan. Zonder dat dit aan de grote klok hoeft te hangen. Wie de macht effectief wil kunnen controleren, kortom, moet dit deels buiten het zicht van de macht kunnen doen. Een vrijheid die Kamerleden nadrukkelijk is gegeven in onze Grondwet - en precies dát probeert het kartel nu, via trucjes over ‘niet integer’ en gespeelde verontwaardiging over het zogenaamd niet invullen van informatie die sinds jaar-en-dag openbaar toegankelijk is, te frustreren.
Nog een allerlaatste punt
En dan nog één enkele overweging. Want het gaat in dit verband nogal eens over ‘corruptie’ en conflicterende belangen. Er wordt wel gezegd dat we exact moeten weten welke overwegingen meespelen bij stemgedrag en besluitvorming. Maar mist die - ogenschijnlijk plausibele - redenering niet precies het belangrijkste punt?
Want in de Kamer gaat het, idealiter, om de kracht van argumenten. Zou iemand door welke andere belangen dan ook zijn beïnvloed, dan ligt het in de lijn der logica dat zijn argumenten doeltreffendheid missen. Laat de Kamer dáár dan gehakt van maken met feiten, redenaties en gloedvolle betogen! Laat, voor het oog der natie, zien dat een Kamerlid uit zijn nek zit te kletsen! Daar heeft een goede debater toch geen pietluttigheid over ‘integriteit’ voor nodig?
Integendeel. Het beroep op ‘integriteit’ is een hypocriet gelegenheidsargument. Zelf komt het kartel weg met de meest wanstaltige drogredeneringen - natuurlijk omdat men de meerderheid heeft in de Kamer. Na een paar jaar van ministerschap wacht meestal bovendien een baantje in de sector waar men als regeringslid ook bij betrokken was.
Over belangenverstrengeling gesproken.
Ja, dát is de échte corruptie van ons systeem. Netwerkcorruptie. De baantjescarrousel voor gelijkgestemden.
Maar geen integriteitscommissie die dáár eens iets van vindt, natuurlijk. De coalitie houdt wijselijk de mond. Alle ballen op Baudet - het enige Kamerlid dat ze pakken. Niet om ‘integriteit’. Maar om het monddood maken van de oppositie. Dát is wat hier werkelijk speelt. En als de democratie ons lief is, moeten we doen wat we kunnen om deze trend te keren.